Ik herinner me nog hoe ik in 1997 op tienjarige leeftijd op de BBC het snooker ontdekte. De Engelse taal intrigeerde me en zo zapte ik af en toe langs die zenders. Stephen Hendry werd toen van een zesde wereldtitel op rij gehouden door de Ierse Ken Doherty. Diens smakelijke accent maakte me tot vandaag een onvoorwaardelijke fan van de man die vandaag analyst is tijdens het WK. Toen nog gesponsord door tabaksmerk Embassy.
Een andere editie die me eeuwig zal bijblijven is de winst van Shaun Murphy in 2005. 18-16, kot in de nacht, tegen Matthew Stevens. In de tv-kamer van mijn kot, samen met studiegenoot Jan alle wedstrijden kijken en tussendoor in de Downtown Jack zelf spelletjes spelen. Hoogste eigen break ooit werd toen op 21 gezet. Haal ik nooit meer.
Zo’n vijftien jaar geleden kwam ene Luca Brecel al eens voorbij in Het Belang Van Limburg. “Zal wel,” dacht ik altijd met m’n cynische kop.
Maar hij heeft het gedaan. Geschiedenis geschreven. Op zijn manier.
Het is van Ronnie O’Sullivan in 2001 geleden dat je de dag na het WK wakker wordt met het gevoel dat snooker een beetje veranderd is. De swagger waarmee Luca rond die tafel fladdert werkt aanstekelijk en is gewoon goeie tv.
Remco mag voor mijn part nog elke grote ronde en koers winnen dit jaar, de sportpersoon van 2023 is bij deze bekend.