Het zit er weer op. Morgen rond dit uur alweer op weg naar Brussel voor een partijbestuur en in de namiddag de eerste vier lesuren van het laatste trimester.
Dat begint al best vreemd, met een week vol klassenraden, mentorgesprekken en oudercontacten. En in mei vallen in de helft van de weken de helft van de lessen weg. En ondertussen zijn er thuis de verbouwingen en de kinderen (Vijf en Anderhalf).
De afbraakwerken zijn we ontvlucht, vooral voor de kleinsten, door een week bij de schoonouders in de Kempen te gaan logeren (mooi fietsen daar) en een week naar Landal Mooi Zutendaal te trekken (lekkere pistolets daar).
Vijf heeft haar eerste zelfstandige stappen gezet: alleen naar de speeltuin en terug. Anderhalf is ondertussen de “Oei, ik groei” ontgroeit en dat is ferm om te zien, dat was bij Vijf ook zo, dat het allemaal wat leutiger werd na achttien maanden.
Twee weken vakantie, dat is toch iets héél anders dan één week vakantie, zowel voor mezelf als voor de kinderen. Die Walen hebben dat nog niet zo stom bekeken, lijkt me.